Het weeskind van de stad

Gepubliceerd op Plukdenacht.nl op 6 augustus 2008

In het enige jaar dat er geen Pluk de Nacht op het Stenen Hoofd mag plaatsvinden, precies vijf jaar geleden, ga ik er tegenover wonen. Op de snikhete dag van mijn verhuizing moet ik lijdzaam toezien hoe de nieuwe buren over de gesloten poorten klimmen en hun handdoeken spreiden op de pier. De volgende dag ga ik ze achterna. Urenlang zit ik er, starend naar de grote vrachtschepen die voorbij kruipen. Het voelt alsof ik al op mijn eerste dag in Amsterdam het grote geheim van de stad heb ontdekt. Open en bloot op het IJ, pal achter het Centraal Station, ben je volledig onzichtbaar. Alsof de hele stad deze prachtige plek is vergeten.

Door Loes Evers

De gemeente broedt echter al veertig jaar op een bestemmingsplan voor het Stenen Hoofd. Aan de lopende band worden er ideeën bedacht en weer van de baan geveegd. Het zou een opvangcentrum voor drugsverslaafden worden, een dwanggevangenis en een helikopterhaven. Er zou een luxueuze woontoren gebouwd worden en vorig jaar was er nog sprake van een Pizza Laboratory, een horecagelegenheid waar je zelf pizza’s kon bakken. Maar niets komt van de grond. Rond het Stenen Hoofd hangt een dikke wolk van wazigheid. Niemand weet wat te doen met ‘het weeskind van de stad’.

Zeehavenoverslag
Al sinds 1968 is het Stenen Hoofd een ongebruikt deel van de Amsterdamse haven. De pier werd gebouwd in 1905 en vervulde toen – met de op de pier gebouwde loods – de functie van zeehavenoverslag. Ook vertrokken er vanaf het Stenen Hoofd honderden emigranten om via de Holland-Amerikalijn aan de overkant van de oceaan hun geluk te beproeven. Tijdens de Tweede Wereldoorlog deed de pier nog dienst als aanlegplaats voor buitenlandse oorlogsschepen. Maar sinds de loods is afgebroken, ligt de pier braak.

De Stichting Het Stenen Hoofd ontfermt zich sinds 1988 over de plek. De gemeentelijke planontwikkeling verandert vaak en gelukkig heeft de stichting de pier tot op heden kunnen behoeden voor grootschalige bebouwing. Ongeveer zeven jaar geleden is de tijdelijke Romney-loods er geplaatst, die tijdens evenementen als bar en keuken gebruikt wordt. Zo was er vier jaar lang het stadsstrand Amsterdam Plage, streken er circussen neer en dit jaar mag Pluk de Nacht er al voor de vijfde keer gebruik van maken. Tijdens zo’n evenement bloeit het Stenen Hoofd eventjes op, om zich daarna weer te verstoppen in een deken van onzichtbaarheid.

Maar het Stenen Hoofd is niet alleen an sich het best bewaarde geheim van Amsterdam. Het dient ook als schatkist voor een ander goed bewaard geheim. Wat weinigen weten en zien, is dat er aan de kademuren veel bijzondere varens groeien. Bij botanici is de kade beroemd om haar zwartsteel- en steenbreekvarens. Om de tongvaren, muurvaren, gewone en brede eikvaren, smalle stekelvaren, mannetjesvaren, wijfjesvaren en als bijzonderste van allemaal de schubvaren. Zijn geheime groeiplaats werd in 1987 ontdekt, aan het eind van de kade. Inmiddels is hij de honderd gepasseerd.

Natte punt
Het uiteinde van de pier bestaat uit een betonnen muur die een plas water omringt waarin betonnen palen en roestige staalkabels staan. Het is geen surrealistisch kunstwerk, het is ook geen bassin. Vroeger had het een nautische functie; er stond een gebouw op en er meerden boten aan. Nu dient het onbedoeld als recreatie. Op de muur kun je wandelen, zitten en heerlijk uitkijken over het IJ. Maar niet lang meer, als het aan Ab van der Neut ligt, voorlichter van het Gemeentelijk Havenbedrijf. “Het Stenen Hoofd steekt een enorm eind het IJ in. Het IJ maakt hier een bocht, dus het is er erg onoverzichtelijk. Voor de veiligheid moet die natte punt er af.” De afgelopen jaren zijn verschillende plannen bedacht voor de punt, waaronder de bouw van een zwembad. “Wilde plannen”, noemt Van der Neut ze. “Feit is dat het een gevaarlijke plek is voor schepen en vooral voor grote cruiseschepen. En zwemmen is al helemaal onverantwoord. Die draagvleugelboten van Connexxion schieten er met een enorme snelheid voorbij.”

Halverwege 2008 zou er een besluit genomen worden over de bestemming van het Stenen Hoofd. Dat is niet gebeurd, en onduidelijk is wanneer de knoop wel wordt doorgehakt. Het is in ieder geval de bedoeling dat het een ontmoetingsplek blijft en een cultureel karakter behoudt. “En het is duidelijk wat onze inzet daarin is; die natte punt moet er af”, aldus Van der Neut.

Met of zonder natte punt, laten we hopen dat de huidige romantiek van de plek de inspirator voor de toekomst wordt. Dat het Stenen Hoofd een plaats blijft voor rust en ontspanning, midden in de grote stad. Dat we er nog vaak met de voeten bungelend boven het water naar de omliggende bouwprojecten kijken. En ons verbazen over dit kleine stukje ongereptheid.